Vandaag mocht het weer eens: betaald actievoeren. Vanochtend om half 7 liep ik al huis aan huis flyers te verspreiden bij mij in de buurt. Dat natuurlijk geheel onbezoldigd. Maar als je vervolgens onder werktijd staat te flyeren op de markt, dan wordt het loon gewoon doorbetaald. En dat is toch wel een raar idee.
Ik bedoel, toen ik bij Stichting Lekker Dier werkte, was het erg vermakelijk om als een kalvermester je tijdens een actie toevoegde “Werkschuw tuig, zoek gewoon een baan!”, te kunnen antwoorden met: “Dit ís mijn baan…” Alleen al om die verbijsterde blik te zien.
Maar als je tussen de bouwvakkers (en vuilnismannen) op een regenachtig Jaarbeursplein luistert naar de toespraak van jouw bondsvoorzitter (John Kerstens), dan is het toch wel vreemd om je te realiseren dat jíj ondertussen betaald wordt van hún contributie. En dan is het fijn dat je in elk geval het gevoel hebt dat je er staat om te knokken voor hún AOW. Want voor mij maakt het niet zoveel uit of ik nu door moet werken tot 65 of tot 67. Maar voor een bouwvakker of een vuilnisman ligt dat wel even anders. Die zijn op hun 60e of hooguit 61e toch echt wel aan het eind van hun Latijn. En velen al een stuk eerder.
Ik ben daarom blij met de richting die de ideeën van de FNV inmiddels opgaan: een goede uitkering op 65 jaar voor de mensen die dat nodig hebben, de mogelijkheid om door te werken voor mensen die dat kunnen en willen en aanvullende maatregelen om ervoor te zorgen dat er dan ook werk ís voor deze mensen. Lijkt mij persoonlijk ook beter uitvoerbaar dan het plan van GroenLinks om de AOW afhankelijk te maken van het arbeidsverleden: 40 jaar werken = recht op AOW (met ondergrens van 63 jaar). Daar zitten namelijk praktische haken en ogen aan. Zo moet je van iedereen het arbeidsverleden gaan bijhouden, wat administratieve kosten oplevert. Ook vraag ik me af of de grens van 70% van het minimumloon (om werk te laten meetellen voor het arbeidsverleden) niet leidt tot indirecte discriminatie van (met name laag opgeleide) vrouwen. Tenslotte moet je nu nog beginnen met de registratie van het arbeidsverleden, zodat de maatregel pas in 2056 echt effect sorteert.
Maar zo lang ouderen nog zoveel moeite hebben werk te vinden, blijft het eigenlijk een onzindiscussie. Want dan kost het minder om op 65 categoraal AOW toe te kennen dan om dezelfde ouderen in WW, IAOW of bijstand te hebben (aangezien daar veel meer controle, re-integratiebegeleiding, coaching en dergelijke aan te pas komt).
Laten we daarom hopen dat het kabinet niet een onzinnige, symbolische maatregel neemt ten aanzien van de AOW, maar samen met sociale partners en andere maatschappelijke organisaties gaat nadenken over een goed pakket aan maatregelen om het probleem van de vergrijzing aan te pakken. Dat probleem speelt immers pas echt over een aantal jaren, waardoor er tijd is om goede alternatieven uit te werken. Dit in tegenstelling tot de crisis, die nu al overal voelbaar is, maar waarvan het kabinet dan weer wél vindt dat er best nog meer dan een half jaar over oplossingen kan worden nagedacht.
En nog maar eens voor de duidelijkheid: de crisis en de AOW-discussie hebben niets met elkaar te maken!