Crisis en herstel

De crisis- en herstelwet treedt niet op 1 januari 2010 in werking omdat ’t kabinet ‘m te laat heeft ingediend bij de Eerste Kamer. Áls de senaat akkoord gaat, wordt het op z’n vroegst 1 maart. En dan is de crisis volgens de verwachting zo ongeveer voorbij.

FNV Bouw, mijn werkgever, is voorstander van de wet. Logisch vanuit het perspectief van de werknemers (onze leden): de opdrachten in de bouw lopen terug en/of komen moeizaam op gang, de werkloosheid stijgt, leerlingen zijn bijna niet meer te plaatsen bij bedrijven kortom: “de spade moet de grond in!”

Zelf ben ik niet zo’n fan van de wet. Ik denk namelijk dat de crisis als smoes gebruikt wordt om ‘lastige inspraak’ aan de kant te schuiven. Ik vrees bovendien dat een aantal partijen al op voorhand heeft bedacht dat uit de evaluatie van de wet straks zal blijken dat die goed werkt en dat dus vaker – liefst altijd – deze ‘versnelde procedure’ moet worden toegepast. Uiteindelijk zullen dan de inspraak van burgers en vooral natuur en milieu het onderspit delven.

En dat terwijl de wet niet gaat helpen. Zeker niet meer als ie in maart pas in werking treedt. De grootste vertraging bij het realiseren van bouwprojecten zit namelijk niet in de inspraakprocedure. Er zijn belangrijker oorzaken. Allereerst de trage besluitvorming van overheden over projecten, bestemmingsplannen en bouw- of sloopvergunningen. Ten tweede de calculerende houding van projectontwikkelaars, die liever het juiste moment afwachten met het gunstigste investeringsklimaat dan haast te maken en op te schieten. Daar komt op dit moment nog de terughoudendheid van banken bij in het verstrekken van leningen en hypotheken, wat in elk geval de woningbouw verder onder druk zet. En tenslotte zijn er nog de structurele ondercalculatie en de fouten in de bouw zelf. Bij veel projecten wordt ‘optimistisch’ begroot om investeerders mee te krijgen, vooral wanneer dit overheden zijn. En dan blijkt halverwege (of soms al voordat de eerste spade de grond in is) dat de kosten toch vele malen hoger gaan uitpakken. Daar moet dan weer over vergaderd worden door gemeenteraad of provinciale staten, moeten ambtenaren en rekenkamers rapporten schrijven en met verklaringen komen en ben je kortom wel weer een tijdje verder voor besloten is om toch maar door te gaan (omdat er al zoveel geïnvesteerd is). Dat kost veel meer tijd dan de inspraakprocedures. Het zelfde geldt voor meer technische fouten als verzakking, foute berekeningen (oeps, de gelede bussen kunnen de bocht niet halen), instortende constructies of andere ‘faalkosten’.

Het aanpakken van deze oorzaken levert volgens mij stuk voor stuk meer tijdwinst op dat het aan de kant schuiven van de inspraakprocedures. Maar het is zo lekker makkelijk om de schuld op ‘de milieulobby’ te schuiven. En tegenwoordig houdt Nederland van simpele oplossingen.

Wel vreemd om te lezen dat het CDA overweegt verlenging van de deeltijd WW niet te steunen(een maatregel die op sommige plekken duidelijk wél helpt bij het overleven van de crisis) omdat woordvoerder Eddy van Hijum “zeker wil weten of dit instrument ook bij de huidige fase van de
crisis past.” Ik hoop dat de Eerste Kamerleden van het CDA zich dit ook zullen afvragen op het moment dat het over de crisis- en herstelwet gaat. En bij invoering op (op z’n vroegst) 1 maart 2010 moet het antwoord op die vraag wel ondubbelzinnig “nee” luiden. Er is dus hoop…